Skip to content
Containerschepen op de maasvlakte

Tarieven

De tarieven van TenneT worden jaarlijks vastgesteld door de Autoriteit Consument en Markt. Lees hier meer over de manier waarop de tarieven worden opgebouwd en vastgesteld.

Onze klanten

Regionale netbeheerders (RNB's) en grote bedrijven met een directe aansluiting op het hoogspanningsnet zijn de directe klanten van ons. De tarieven voor het extrahoogspanningsnet (EHS: 220/380 kV) en hoogspanningsnet (HS: 110/150 kV) worden deels doorberekend aan de RNB’s die deze kosten verrekenen in hun eigen tarieven voor hun klanten, onder andere huishoudens. Huishoudens zijn dus geen directe klanten. Huishoudens zijn via de elektriciteitskabels van een regionale netbeheerder wel verbonden met ons hoogspanningsnet en betalen via hun energierekening mee aan het beheer, onderhoud en uitbreiding van het hoogspanningsnet. De tarieven voor het transport van elektriciteit voor aangesloten partijen (directe klanten) worden jaarlijks vastgesteld door de Nederlandse toezichthouder Autoriteit Consument en Markt in het tarievenbesluit. 

Jaarlijkse tariefvaststelling

Elk jaar geven we in het voorjaar een verwachting af voor de transporttarieven voor het komende jaar. Voor de zomer maken we vervolgens ook een inschatting van deze tarieven voor de komende 10 jaar. Onze klanten met een directe aansluiting op het hoogspanningsnet, de regionale netbeheerders en industriële bedrijven, krijgen daarmee een voorlopig beeld van de prijsontwikkeling van de transporttarieven op de lange termijn. Eind september volgt onze officiële tarievenvoorstel voor het komende jaar aan de ACM. De ACM legt dit voorstel in oktober ter consultatie voor aan belanghebbenden, waarna de ACM in (meestal in) november de tarieven vaststelt in het zogenoemde tarievenbesluit.

Lees hier meer over de tienjaars-tariefprognose.

 

Verwachte transporttarieven in 2025

Naar verwachting gaan de tarieven, na twee jaar van stijging, voor 2025 licht dalen. Dit is de voorspelling die we afwegeven aan de markt. Meer informatie hierover lees je in dit nieuwsbericht. Deze verwachting wordt eind september omgezet naar een tarievenvoorstel voor 2025, waarna de tarieven door de ACM worden vastgesteld. Tot die tijd gelden de vastgestelde tarieven voor 2024.

TenneT en de elektriciteitsrekening

De elektriciteitsrekening thuis

Een huishouden betaalt de volledige elektriciteitsrekening aan zijn eigen (zelf gekozen) leverancier. De leverancier draagt hiervan de netwerkkosten af aan de regionale netbeheerder van het laag- en middenspanningsnet, zoals bijv. Liander, Stedin of Enexis. Het grootste deel van deze inkomsten gebruiken de regionale netbeheerders om hun eigen netten te onderhouden en uit te breiden. Ook betalen zij voor het gebruik van het landelijke hoogspanningsnet.  
 
Welk deel van de elektriciteitsrekening gaat er nou specifiek naar TenneT? Een huishouden betaalt in 2024 ongeveer 340 euro per jaar aan netwerkkosten voor elektriciteit. Deze draagt de leverancier af aan de betreffende regionale netbeheerder. Deze draagt op zijn beurt een deel van deze kosten, grofweg 120 euro per jaar per huishouden, af aan TenneT voor het gebruik van het hoogspanningsnet. Het volledige elektriciteitsplaatje voor een huishouden ziet er dan zo uit:

De elektriciteitsrekening bij grote bedrijven

Niet alleen de regionale netbeheerders, maar ook industriële bedrijven hebben een rechtstreekse aansluiting op ons hoogspanningsnet. Al deze klanten betalen voor de transportdienst de tarieven die de ACM vaststelt in het jaarlijkse tarievenbesluit. Welk tarief ze betalen, hangt o.a. af van de aansluiting. Bovendien zijn de individuele contracten voor de levering van elektriciteit die bedrijven hebben met een leverancier uiteraard vertrouwelijk en niet openbaar.  

Hoeveel een klant betaalt en hoeveel deze volgens de eerste prognose in 2025/2026 gaat betalen, hangt af van het gebruik van het transport over ons net. Onze klanten betalen in 2025 in hun nettarieven een vastrecht bedrag en een tarief voor hun gecontracteerde transportvermogen (kW gecontracteerd tarief) en de som van hun gewogen maandpieken (kW maxgewogen tarief). Verreweg het grootste deel van de energiekosten voor industriële bedrijven bestaat uit de leveringsprijs voor elektriciteit, de rest uit netkosten en overige kosten, zoals energiebelasting. Rekenvoorbeelden van de elektriciteitsrekening van grote bedrijven vind je in de Q&A onderaan deze pagina.

De tarieven dekken de kosten voor een betrouwbaar en robuust hoogspanningsnet

Alle partijen die aangesloten zijn op het landelijk hoogspanningsnet betalen tarieven voor elke aansluiting waarop ze elektriciteit afnemen. Deze tarieven dekken de kosten van de transportdienst (het transport van elektriciteit) en de systeemdienst (het behouden van de frequentie van 50 Hertz op het Nederlandse elektriciteitsnet). Hier vallen alle kosten die TenneT maakt onder. Voorbeelden zijn kosten voor de nodige investeringen voor onderhoud van bestaande hoogspanningslijnen en -masten en de inkoopkosten energie en vermogen.

Investeringen en onderhoud

TenneT investeert in elektrische hoogspanningsinfrastructuur en onderhoud in opdracht van de overheid en op basis van het geldende energiebeleid. Dat energiebeleid is gericht op verduurzaming van ons energiesysteem en daarvoor moet TenneT veel nieuwe infrastructuur bijbouwen op land en op zee en vervangingsinvesteringen doen. De kapitaalkosten die gepaard gaan met deze miljarden investeringen komen terug in TenneT's tarieven. In Nederland is dit wettelijk zo geregeld.

Inkoopkosten energie en vermogen

Wat er aan elektriciteit op het hoogspanningsnet wordt ingevoed, moet er ook weer af: vraag en aanbod moeten altijd met elkaar in balans zijn. Dit betekent dat de frequentie waarop het net functioneert altijd 50 Hertz moet zijn. Verder is bij elektriciteitstransport per definitie sprake van netverliezen, die moeten worden gecompenseerd. Het is TenneT’s taak om de balans van vraag en aanbod op het net te handhaven. Hiervoor moeten wij kosten maken om het net stabiel en betrouwbaar te houden: energie en vermogen koopt TenneT in op elektricteitsmarkt. Zijn de marktprijzen hoog, dan stijgen ook de kosten die TenneT maakt voor het handhaven van de balans en compensatie van de netverliezen. Dalen de marktprijzen, dan dalen ook TenneT's inkoopkosten. Dit alles heeft impact op de transporttarieven.

Q&A

De transportkosten voor het extrahoogspanningsnet (EHS) gaan naar verwachting dalen met 12% in 2025 (en met 1% in 2026). Voor het hoogspanningsnet (HS) is die daling naar verwachting 2% in 2025 (en met 5% in 2026). Dit is voornamelijk het gevolg van de daling van de zogenoemde kosten energie & vermogen.

De eerdere stijging van de transportkosten werd met name (ongeveer 90%), veroorzaakt door juist een sterke stijging van inkoopkosten energie & vermogen (o.a. redispatch, netverliezen en balansvermogen) in 2021 en 2022. Die kostenstijging werd vooral gedreven door de gestegen prijzen voor deze diensten als gevolg van ontwikkelingen op de elektriciteitsmarkt.

TenneT heeft geen of slechts beperkte invloed op de hoogte van deze kosten. Vandaar dat deze kosten conform de methodebesluiten voor TenneT ook grotendeels (er bestaat een bonus-malus-systematiek) in de tarieven worden verwerkt. De afwijking van deze kosten in 2022, ten opzichte van het door de ACM bepaalde budget, zijn in 2024 in de tarieven verwerkt. In 2021 begonnen de kosten halverwege het jaar te stijgen wat leidde tot hogere tarieven in 2023. In 2022 zijn de kosten gedurende het hele jaar hoog gebleven waardoor de tarieven in 2024 nog verder stegen. 

Die zijn en worden standaard in de tariefberekeningen meegenomen. Alleen hadden de inkoopkosten voor energie en vermogen zoveel impact op de eerdere tariefstijgingen in 2023 en 2024 dat we nu, omdat die inkoopkosten flink zijn gedaald, tóch de tarieven wat kunnen verlagen. Ook verwachten wij opbrengsten (veilinggelden) van een aantal verbindingen met andere landen (interconnectoren), zoals de COBRA-kabel en de NorNed-kabel, te kunnen gebruiken om de opwaartse trend van de tarieven te dempen.

Voor een gemiddeld huishouden betekent dit dat het TenneT-aandeel op de elektriciteitsrekening daalt van EUR 124 in 2024 naar circa EUR 119 in 2025. Voor een typische kleine mkb’er daalt het TenneT-aandeel van EUR 776 in 2024 naar circa EUR 742 in 2025. Deze kosten worden indirect via de regionale netbeheerders aan ons betaald.

Onder deze kostenpost vallen de volgende producten:  

  • Oplossen transportbeperkingen (redispatch en CBC’s)  

  • Blindvermogen compensatie  

  • Netverliezen  

  • FCR (Frequency Containment Reserve) 

  • aFRR (automatic Frequency Restoration Reserve) 

  • mFRR (manual Frequency Restoration Reserve) 

  • Herstelvoorzieningen (voor het geval van een black-out) 

Wij moeten deze diensten inkopen om het net veilig en betrouwbaar te kunnen bedrijven. 

Zie ook: https://www.tennet.eu/nl/de-elektriciteitsmarkt/ondersteunende-diensten-nederland  

De inkoopkosten voor E&V worden op basis van het historische gemiddelde als schatting in de transporttarieven voor het betreffende boekjaar verwerkt. Vervolgens wordt in de tarieven na twee jaar een nacalculatie uitgevoerd op basis van de werkelijk gerealiseerde kosten. De kosten in 2023 worden dus in 2025 als nacalculatie in onze transporttarieven verwerkt.

Over de periode 2018 tot en met 2020 bedroegen de totale inkoopkosten voor E&V gemiddeld ongeveer EUR 280 miljoen per jaar. In 2022 stegen deze kosten tot circa EUR 1,7 miljard. In 2023 zijn deze kosten echter weer gedaald tot EUR 1,1 miljard. 

Nee. In 2023 en 2024 stegen onze transporttarieven sterk. Deze stijgingen werden voor een significant deel (ca. 90%) veroorzaakt door de invloed van de hoge elektriciteitsprijzen op onze kosten. Nu de prijzen op de elektriciteitsmarkt weer dalen, nemen deze kosten ook af. Deze daling wordt echter gedeeltelijk gecompenseerd door onder andere de verwerking van de CBb uitspraak inzake de methodebesluiten en de gestegen kosten van het Net op Zee.

EUR 750 miljoen voor kosten E&V, EUR 440 miljoen voor het Net op Zee (het betreft hier alleen de vermogenskosten; tijdens de bouw en EUR 180 miljoen als gevolg van de uitspraak van het CBb.

De ACM heeft al in februari 2023 bekend gemaakt dat wij de tekorten in de vergoeding van energie en vermogen kosten versneld bij aangeslotenen in rekening mogen gaan brengen. Eerder moesten we het volledige verschil tussen het door de ACM bepaalde budget en de daadwerkelijke kosten gedurende twee jaar voorschieten. De ACM heeft toen aangegeven dat in de tarieven 2024 alvast een gedeelte van het verwachte tekort over het jaar 2023 in rekening mag worden gebracht (zie link). Dit was naast de volledige verrekening van het tekort uit 2022.

De ACM bepaalt eind 2024 in het tarievenbesluit definitief welk bedrag wij alvast vervroegd in 2025 in rekening mogen brengen. In deze prognoses is rekening gehouden met een voorschot van 40% van het verwachte tekort over 2024. 

Naar aanleiding van een voorstel van Netbeheer Nederland heeft de ACM in april 2024 een ontwerpbesluit (link) genomen waarmee voor TenneT aangeslotenen tijdsafhankelijke tarieven per 2025 worden geïntroduceerd. Met dit besluit wordt de bestaande tariefdrager ‘kWmax’ vervangen door de nieuwe ‘kWmaxgewogen’.

Met deze wijziging wordt elektriciteitstransport tijdens piekmomenten duurder en buiten piekmomenten juist goedkoper. De tariefsystematiek wordt hiermee kostenreflectiever. Ook worden aangeslotenen geprikkeld tot gebruik van het net buiten de piekuren. Gebruik buiten de piekuren kan leiden tot efficiëntere benutting van het net en tot lagere netkosten per aangeslotene.

De wijziging heeft tot gevolg dat de tariefvolumes (Q) lager uitvallen. De tarieven (P) zelf worden daarom iets hoger vastgesteld zodat de wijziging geen effecten heeft voor de inkomsten van TenneT (P x Q). Voor een aangeslotene met een gemiddeld belastingprofiel heeft de wijziging ook geen effect. Voor een aangeslotene met voornamelijk piekgebruik zal de transportrekening hoger uitvallen en voor een aangeslotene met meer verbruik buiten de piek zal de transportrekening lager uitvallen. Voor de vergelijking tussen 2024 en 2025 gaan we uit van een aangeslotene met een gemiddeld belastingprofiel. 

Het tarievenbesluit wordt jaarlijks gepubliceerd door de ACM. Deze stelt de transporttarieven vast die worden betaald door de afnemers van elektriciteit. Het gaat hier om de transporttarieven, deze staan los van de aansluittarieven voor het realiseren van een aansluiting. Er zijn in 2025 twee tariefdragers die voor TenneT aangeslotenen van toepassing zijn.  

  1. Allereerst betaalt een aangeslotene voor het recht op een bepaald transportvermogen per jaar: kWgecontracteerd per jaar. Een aangeslotene mag in haar daadwerkelijke verbruik niet boven dat transportvermogen uitkomen.  

  2. Daarnaast betaalt de aangeslotene maandelijks een bedrag dat afhankelijk is van het piekverbruik van die maand: kWmaxgewogen (nu nog kWmax) per maand.

N.B. Voor klanten met een bedrijfstijd lager dan 600 uur wordt de kWmaxgewogen per week vastgesteld en geldt ook een gereduceerd kWgecontracteerd tarief) 

Alle partijen die aangesloten zijn op het landelijk hoogspanningsnet betalen tarieven voor elke aansluiting waarop ze elektriciteit afnemen. Deze tarieven dekken de kosten van de transportdienst (het transport van elektriciteit) en de systeemdienst (het behouden van de frequentie van 50 Hz op het Nederlandse net, de balans tussen vraag naar en aanbod van elektriciteit). Hier vallen alle gereguleerde kosten die TenneT maakt onder. Voorbeelden hiervan zijn kosten voor de benodigde investeringen (nieuwbouw en vervangingsinvesteringen), voor onderhoud van bestaande hoogspanningslijnen en -masten, en de inkoopkosten energie & vermogen. De tarieven worden vervolgens berekend met rekenregels zoals die zijn vastgelegd in de Tarievencode Elektriciteit. De ACM ziet erop toe dat alleen efficiënte kosten worden meegerekend en dat de tarieven op juiste wijze worden berekend. Voor meer informatie over de elektriciteitsrekening, klik hier.

Dat zal blijken uit de 10-jaarsprognose die wij voor de zomer zullen publiceren. Investeringen die TenneT doet in de uitbreidingen van de hoogspanningsnetten op land en op zee als gevolg van het vastgesteld energiebeleid van de Nederlandse overheid hebben per definitie impact op de tarieven. Zo zullen de komende jaren vooral onze investeringen in projecten voor het aansluiten van windparken op zee grote invloed gaan hebben. Daarnaast blijven de kosten energie & vermogen een relevante factor.  

Overigens verwacht TenneT de komende jaren meer bedrijven te kunnen aansluiten. Door de toenemende kosten over een grotere groep klanten te kunnen verdelen, worden de tariefstijgingen gedempt. 

Nee. Eind september van dit jaar zal TenneT het officiële tarievenvoorstel voor 2025 bij de ACM indienen. De ACM publiceert dit voorstel in oktober 2024 en nodigt belanghebbenden uit om hier een zienswijze op in te dienen. Vervolgens zal de ACM ingediende zienswijzen meewegen in het daadwerkelijke tarievenbesluit (meestal eind november).

Voor het eerst zal TenneT met een 10-jaarsprognose aangaande de nettarieven komen. Dit doen wij vóór de zomer van dit jaar (2024). Die prognose is ook écht een prognose met de nodige voorbehouden. De eerdere stijgingen van de tarieven en nu de dalingen zijn vrijwel volledig gedreven door de hoge inkoopkosten voor energie en vermogen. Die kosten worden bepaald door de prijzen op de energiemarkten en daar heeft TenneT geen invloed op. Dit soort kosten zijn – net als de prijs voor elektriciteit op de energiemarkt – zeer lastig te voorspellen. In deze 10-jaarstariefprognose wordt naast de impact van de inkoopkosten voor energie en vermogen natuurlijk ook de impact van de investeringen en andere kosten meegenomen.  

De volumecorrectieregeling (VCR) was een wettelijke regeling waardoor grote verbruikers van elektriciteit met een stabiel afnamepatroon een korting op hun nettarieven krijgen. Deze korting kon oplopen tot maximaal 90%. Na besluit van de ACM is de VCR vanaf 2024 niet meer van toepassing, omdat deze regeling niet in nationale regelgeving vastgelegd mag worden.

De IKC is een regeling die losstaat van de tarieven van TenneT. Maar het klopt dat de IKC was stopgezet door het kabinet. Onlangs (15 april 2024, Voorjaarsnota) heeft het kabinet overigens besloten tot tijdelijke herinvoering van de IKC in 2024, zodat bedrijven hun indirecte CO2-kosten in 2023 kunnen gecompenseerd kunnen krijgen.

Hoeveel een klant van TenneT betaalt (en hoeveel deze nu minder gaat betalen) hangt af van het gebruik van het transport over het net van TenneT. TenneT klanten betalen een vastrecht bedrag en een tarief voor hun gecontracteerde transportvermogen (kWgecontracteerd tarief) en de som van hun gewogen maandpieken (kWmaxgewogen tarief). Hieronder schetsen we een aantal voorbeelden. (N.B. we gaan uit van aangeslotenen met een gemiddeld belastingprofiel, zie ook vraag 7.)

  1. Als u bent aangesloten als verbruiker op het TenneT hoogspanningsnet (HS) met een gecontracteerd transport vermogen van 200 MW en maandelijks gemiddeld een piekverbruik van 190 MW hebt, betaalt u in 2024 circa EUR 32,1 miljoen aan TenneT tarieven. In 2025 gaat u bij gelijkblijvend gebruik circa EUR 31,5 miljoen betalen. 

  2. Als u bent aangesloten als verbruiker op het TenneT hoogspanningsnet (HS) met een gecontracteerd transport vermogen van 15 MW en maandelijks gemiddeld een piekverbruik van 14 MW hebt, betaalt u in 2024 circa EUR 2,39 miljoen aan TenneT tarieven. In 2025 gaat u bij gelijkblijvend gebruik circa EUR 2,34 miljoen betalen. 

  3. Als u bent aangesloten als verbruiker op het TenneT extrahoogspanningsnet (EHS) met een gecontracteerd transport vermogen van 200 MW en maandelijks gemiddeld een piekverbruik van 190 MW hebt, betaalt u in 2024 circa EUR 27,9 miljoen aan TenneT tarieven. In 2025 gaat u bij gelijkblijvend gebruik circa EUR 24,6 miljoen betalen. 

  4. Als u bent aangesloten als verbruiker op het TenneT extrahoogspanningsnet (EHS) met een gecontracteerd transport vermogen van 15 MW en maandelijks gemiddeld een piekverbruik van 14 MW hebt, betaalt u in 2024 circa EUR 2,08 miljoen aan TenneT tarieven. In 2025 gaat u bij gelijkblijvend gebruik circa EUR 1,84 miljoen betalen. 

  5. Naar de beste inschatting van TenneT betaalt een gemiddeld huishouden in 2024 indirect (via de regionale netbeheerder) circa EUR 124 per jaar aan TenneT. Dit bedrag neemt in 2025 af naar circa EUR 119 per jaar. TenneT kan niet exact voorzien hoe de stijging van haar tarieven neerslaan in de tarieven van de regionale netbeheerders. Ook heeft TenneT op dit moment geen beeld van de totale tariefontwikkelingen van RNB’s. Na de tarievenbesluiten van de ACM dit najaar kunnen de RNB’s een integraal beeld geven van tariefontwikkeling voor huishoudens. 

  6. Naar de beste inschatting van TenneT betaalt een gemiddelde, kleine mkb’er in 2024 indirect (via de regionale netbeheerder) circa EUR 776 per jaar aan TenneT. Dit bedrag neemt in 2025 af naar circa EUR 742 per jaar. TenneT kan niet exact voorzien hoe de stijging van haar tarieven neerslaan in de tarieven van de regionale netbeheerders. Ook heeft TenneT op dit moment geen beeld van de totale tariefontwikkelingen van RNB’s. Na de tarievenbesluiten van de ACM dit najaar kunnen de RNB’s een integraal beeld geven van tariefontwikkeling voor mkb’ers. 

Regionale netbeheerders (RNB’s) betalen ook tarieven voor hun aansluitingen op het TenneT net. Deze kosten mogen zij verwerken in hun eigen tarieven. Naar verwachting zullen de tariefdalingen van TenneT dus ook doorwerken in de tarieven van de RNB’s. Naast de tarieven die RNB’s aan TenneT betalen, kunnen de RNB-tarieven zich ook op basis van hun eigen kosten (bijv. onderhoud en investeringen) ontwikkelen.

Deze prognose is de verwachting van TenneT en nog geen besluit. Tegen deze prognose is dan ook geen beroep mogelijk. Aan het einde van het jaar worden de daadwerkelijke (maximale) tarieven door de ACM vastgesteld in een tarievenbesluit. Daar kunnen klanten eventueel tegen in beroep.

Tarief-ontwikkeling* 

2021 

2022 

2023 

2024 

2025 (prognose) 

2026 
(prognose) 

EHS 

+11% 

+3% tot +10% 

+84% 

+117% tot +128% 

 

~ -12% 

~ -1% 

HS 

+5% tot +6% 

+10% tot +15% 

+51% 

+79% tot 81%  

~ -2% 

~ -5% 

*Procentuele verandering ten opzichte van het voorgaande kalenderjaar

Downloads