Skip to content

380 kV Noord-Holland Noord

We wekken in Nederland steeds meer duurzame energie op en de vraag naar stroom neemt toe. Consumenten verduurzamen bijvoorbeeld hun huis door van gas op stroom over te stappen en gaan steeds vaker elektrisch rijden. Tegelijkertijd zorgt de toename van zonnepanelen en windmolens voor meer druk op het stroomnet. Door deze veranderingen dreigt het netwerk in Noord-Holland te verstoppen. Daarom gaan we twee nieuwe hoogspanningsstations en een bovengrondse 380 kV-hoogspanningsverbinding naar Middenmeer aanleggen.


Locatie
Noord-Holland
Type
Netuitbreiding
Categorie
onshore
Status
planning
Tags
  • 380kV
Hoogspanningsleiding in weiland

Over het project

Een ‘snelweg’ voor stroom in Noord-Holland Noord

De netuitbreiding in het noorden van Noord-Holland Noord is een groot project. Om deze verbinding aan te sluiten op het bestaande landelijke elektriciteitsnetwerk, zijn naast nieuwe hoogspanningsmasten ook twee hoogspanningsstations nodig. Die komen waarschijnlijk in de buurt van de bestaande hoogspanningsverbinding tussen Beverwijk, Oostzaan en Diemen en bij het bedrijvenpark Agriport A7.

Onderzoek

We gaan natuurlijk niet zomaar starten met bouwen. Het hele proces bestaat uit vijf stappen: Kennisgeving voornemen en participatie, verkenning, voorkeursbeslissing, planuitwerking en projectbesluit. De eerste stap was de publicatie van de kennisgeving van het voornemen en het voorstel voor participatie. Dat is op 2 juni 2023 gebeurd. Daarna zijn in juni informatiebijeenkomsten gehouden in verschillende gemeenten en is er een webinar georganiseerd.

Verkennen

We zijn nu bij stap twee: de verkenning. De betrokken gemeenten, de provincie, het hoogheemraadschap en natuurorganisaties denken met ons mee over kansen en belemmeringen voor de mogelijke routes van de nieuwe verbinding. We kijken onder andere naar invloed op de ecologie, ruimtelijke ontwikkelingen en cultureel erfgoed.

Op basis van alle adviezen en inbreng uit de omgeving wordt het onderzoeksplan opgesteld. Dit heet de Notitie Reikwijdte en Detailniveau en is de eerste stap in de procedure van de Milieueffectrapportage (m.e.r.). De m.e.r. brengt de milieugevolgen van het project in beeld voordat er een besluit over wordt genomen. Hierin beschrijven we de verwachte gevolgen voor het milieu.

Zelf reageren

Gemeenten en de provincie mogen eerst reageren op de conceptversie van de NRD. Dit noemen we de cNRD. Hierin staat onder andere de nut en noodzaak van het project, de mogelijke alternatieven en de milieuaspecten. Als iedereen zijn mening heeft gegeven wordt de definitieve versie van de concept Notitie Reikwijdte en Detailniveau vastgesteld door de Minister van Klimaat en Energie. Deze wordt in september 2024 gepubliceerd. In die periode organiseren we verschillende informatieavonden. Vanaf dat moment mag iedereen zes weken lang reageren op de cNRD publicatie.

  • Planning

  • 2023

    2023

    Kennisgeving voornemen en participatie

  • 2023-2025

    2023-2025

    Verkenning

  • 2025

    2025

    Voorkeursbeslissing

  • 2025-2029

    Projectbesluit (planuitwerking)

  • 2030-2034

    Afsluiten zakelijk recht overeenkomsten en uitvoering

Illustratie projectatlas 380kV Netuitbreiding Noord-Holland Noord

Projectviewer

Via deze link komt u op een online kaart, de Projectviewer. Hier vindt u meer informatie over het zoekgebied en de uitgangspunten die wij hanteren bij de locatiekeuze van de nieuwe 380 kV hoogspanningsverbinding in de Kop van Noord-Holland.

Bekijk de projectviewer hier

Veelgestelde vragen

Het is mogelijk om het huidige 150 kV-netwerk uit te breiden, maar door de steeds toenemende vraag naar elektriciteit door bijvoorbeeld meer elektrische auto’s, zonnepanelen en warmtepompen, is dat netwerk waarschijnlijk meteen vol zodra het af is. Om de elektriciteitsvoorziening toekomstbestendig te maken, hebben we dus nieuwe hoogspanningsverbindingen nodig.

Vergelijk het 380 kV-hoogspanningsnet met het wegennet. Iedere snelweg sluit aan op N-wegen die vervolgens uitkomen op wegen in de stad of het dorp waar u woont. Zo is het ook met elektriciteit. Het 380 kV-hoogspanningsnet wordt in Noord-Holland verbonden met 150 kV-netten en die weer met de regionale netten. De regionale netten zijn met kabels uiteindelijk verbonden met uw aansluiting in huis. Dus hoe beter het hoogspanningsnet functioneert, hoe beter het ook voor de regionale netten is. Een goed werkend hoogspanningsnet is dus goed voor ons allemaal. Doen we niets, dan heeft dit gevolgen voor iedereen, ook de mensen die wonen in de omgeving van de nieuwe hoogspanningsverbinding. We lopen dan het risico dat nieuwe duurzame initiatieven, grote bedrijven, scholen of woonwijken niet aangesloten kunnen worden op het net.

Bij elke verbinding die wij bouwen, hebben we oog voor de mensen, de natuur en de dieren in het gebied. Wij proberen de impact van een nieuwe hoogspanningsverbinding te beperken en onderzoeken hoe we dat kunnen doen. Hierbij kijken we naar mogelijkheden om de nieuwe verbinding zo goed mogelijk te laten aansluiten op (andere functies in het) gebied en naar kansen om de natuur te versterken. Tijdens onze bewonersbijeenkomsten gaan wij graag met u in gesprek om met u van gedachten te wisselen. Want niemand kent het gebied zo goed als de mensen die er zelf wonen en werken. Er is ook een landschapsarchitect betrokken bij de ontwikkeling van nieuwe verbindingen. De architect helpt uw ideeën te vertalen naar werkbare oplossingen.

TenneT volgt het (aangepaste) voorzorgbeleid van de overheid. We staan voor een zorgvuldige en verantwoorde aanleg en beheer van ons hoogspanningsnet. Dat houdt in dat TenneT, naast de technische en economische belangen die gemoeid gaan met een transportnet, ook rekening houdt met het brede maatschappelijke belang.

Jazeker. Er zijn een aantal (technische) randvoorwaarden waaraan we moeten voldoen. Maar er staat verder nog niet veel vast. Voor de bepaling van het tracé en de bepaling van de locaties voor hoogspanningsstations is veel onderzoek nodig en we willen weten wat er lokaal speelt, zodat we hier rekening mee kunnen houden. Het ministerie van EZK en TenneT gaan hierover met provincies, gemeenten, belangenorganisaties en later ook met direct omwonenden in gesprek.  De manier waarop we dat doen staat in het voorstel voor participatie. De communicatie en participatie wordt per fase (verkenning, planvorming, realisatie) uitgewerkt.

In eerste instantie ligt de nadruk op informeren. We willen goed uitleggen waarom de verbinding nodig is, welke uitgangspunten bij een dergelijke verbinding gelden en welke ruimte we voor de verbindingen en transformatorstations nodig hebben. Hierna gaan we in de verkenning het gesprek aan over de tracering van de verbinding. Op dat moment vragen we de omgeving om mee te denken over mogelijke routes en de ruimtelijke barrières op routes die we onderzoeken. In deze fase wordt input vanuit de omgeving gewaardeerd, zodat de Ministers voor Klimaat en Energie en voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening deze informatie kunnen meenemen in de uiteindelijke keuze voor een route. Deze keuze wordt ook wel het voorkeursalternatief genoemd.  

Het landelijke 380kV-hoogspanningsnet is vrijwel volledig bovengronds. Dat gebeurt om net-technische redenen en een betrouwbare energielevering. In geval van een storing kan er direct worden ingegrepen. Dat is lastiger als de verbinding onder de grond ligt, bovendien is de kans op storing ook groter dan bij ondergrondse aanleg. De tijd dat een ondergrondse lijn na een storing uit bedrijf is bedraagt 48 uur tot 20 dagen, terwijl dat bij een bovengrondse lijn 8 tot 48 uur is. Niet doorslaggevend, maar wel van belang: een ondergronds aanleg is veel duurder is en ondergrondse verbindingen kennen ook gebruiks- en afstandsbeperkingen.  Daar waar inpassing bovengronds echt niet mogelijk is, kan over maximaal tien kilometer tussen twee stations de verbinding ondergronds. TenneT heeft hier ervaring mee opgedaan vanuit project Randstadring, waar enkele ondergrondse passages zijn aangelegd. 

 

Voor de hoogspanningsverbindingen in Noord-Holland Noord kiest TenneT over het algemeen voor het gebruik van 'klassieke' vakwerkmasten, die overal in Nederland te vinden zijn. Het voordeel van dit bewezen ontwerp is dat het de magnetische straling beperkt tot een smaller gebied onder de mast, wat resulteert in minder grondstoffenverbruik en dus een duurzamere oplossing. Hoewel TenneT bij de bouw van nieuwe 380 kV-verbindingen vaak vakwerkmasten prefereert vanwege hun lagere kosten, duurzaamheid en gemakkelijker onderhoud, worden recentelijk ook Wintrackmasten gebruikt. Bij de vergelijking van beide masttypes blijkt dat de vakwerkmast over het algemeen meer voordelen biedt, waardoor deze in principe de voorkeur geniet bij de aanleg van nieuwe bovengrondse 380 en 220 kV-verbindingen in Nederland. De vakwerkmast is zelfs doorontwikkeld, waardoor deze een nog smallere magneetveldzone heeft, wat bijdraagt aan een verdere optimalisatie van de infrastructuur.

Schets vakwerkmast

Noord-Holland Noord heeft over 10 jaar dubbel zo veel elektriciteit nodig. Omdat er méér mensen en bedrijven zijn. Woningen en bedrijven van het gas af gaan en overschakelen op elektriciteit. Meer mensen in elektrische auto’s rijden. En omdat er meer zonnepanelen en windmolens komen. Het stroomnet dat we nu hebben is daar niet op gebouwd.

Een manier om te zorgen dat het stroomnet overbelast raakt is door samen te zorgen voor minder piekmomenten. Helaas is dat moeilijk. Je krijgt bijvoorbeeld ’s ochtends een piek wanneer iedereen thuis de verwarming hoger zet, koffie maakt en brood roostert. Daar is weinig aan te veranderen. Je kunt wel mensen vragen om op een ander moment de was te doen. Of door afspraken met bedrijven te maken die veel stroom afnemen. Maar dit alles lost het probleem niet echt op. De enige echte oplossing is een sterker elektriciteitsnet, dat meer stroom kan vervoeren.

De vraag naar elektriciteit is dan waarschijnlijk groter dan het netwerk aan kan. Er ontstaat een soort file op het elektriciteitsnet. We noemen dat ‘netcongestie’. Er is dan niet voldoende stroom voor nieuwe aansluitingen van huizen en bedrijven. Die komen op de wachtlijst. Dit kan grote gevolgen hebben. Woningbouw loopt vertraging op en bedrijven kunnen niet uitbreiden of investeren.        

TenneT wil voor Noord-Holland Noord gaan investeren in een bovengronds 380kV-net en twee hoogspanningsstations; één op de lijn tussen Beverwijk-Diemen en één bij Middenmeer. Met het nieuwe stroomnet krijgt Noord-Holland Noord een aansluiting op het landelijke 380kV-netwerk. Samen met provincie, gemeenten en bedrijven onderzoeken we wat de beste plek is voor het nieuwe netwerk. We zoeken binnen een gebied. Bekijk het zoekgebied online.

zoekgebied noord holland

Hoogspanningslijnen die in een mast hangen, zijn minder gevoelig voor storing dan leidingen onder de grond. Ze zijn ook binnen een paar dagen te repareren als er schade is. Een reparatie aan een ondergrondse kabel kan weken tot maanden duren. Daarnaast kan een ondergrondse 380kV-kabel minder stroom verplaatsen dan een bovengrondse lijn die in een mast hangt en gaat er veel energie verloren in ondergrondse kabels.

TenneT onderzoekt vooraf wat de beste plekken zijn voor de netuitbreiding. Natura-2000-gebieden of andere beschermde natuurgebieden vallen daarmee al af. Bij het onderzoek kijkt TenneT naar de effecten op natuur, landschap, water, bodem en gebouwen die een culturele waarde hebben, zoals monumenten. TenneT werkt daarbij ook samen met natuurorganisaties en zorgt er voor dat vogels bijvoorbeeld elektriciteitslijnen beter kunnen zien. Kijk voor meer informatie op deze website.

Sommige onderzoeken zien een verband tussen bovengrondse elektriciteitslijnen en ziektes bij kinderen. Ook zijn er berichten dat de magneetvelden een nadelig effect kunnen hebben op de gezondheid. Hoewel de onderzoeken niet allemaal hetzelfde uitwijzen, heeft de overheid voor de zekerheid bepaald dat hoogspanningslijnen niet mogen in gebieden waar kinderen lang kunnen zijn. TenneT plaatst hoogspanningslijnen daarom minimaal 65 meter van woonwijken en niet in dorpskernen. Dit voorzorgbeleid is in lijn met de richtlijnen van het ministerie van EZK uit 2023 en sluit aan bij Europees beleid rond magneetvelden. Kijk voor meer informatie over magneetvelden op de website van het RIVM en de informatiepagina van TenneT.

Hoe breed de vakwerkmasten precies zijn, is nu nog niet bekend. Over het algemeen staan deze op een strook van ca. 70 meter breed. Voor het 380kV-hoogspanningsstation in het zuiden, op de lijn van Beverwijk – Oostzaan – Diemen, is ongeveer 17 hectare nodig. Voor die in het noorden (nabij Middenmeer) gaan we uit van 24 hectare. Het hoogspanningsstation in het noorden is groter omdat deze gecombineerd wordt met een 150kV-station.

Tussen 2031 en 2040 verwacht de overheid een sterke groei van de windmolens op zee. De overheid onderzoekt plekken waar elektriciteit van zee het beste aan land kan komen. Er is nog geen besluit over genomen. Als er in de kop van Noord-Holland zo’n aanlandingsplek komt is een extra mastenrij nodig. Deze komt dan naast de 380kV-netuitbreiding.

TenneT hoort graag van bewoners, ondernemers of andere geïnteresseerden wat zij denken over de beste plek voor nieuwe hoogspanningsverbindingen en -stations. Daarvoor organiseren we samen met de gemeentes informatie- en inspraakmomenten waar u met vragen, opmerkingen, ideeën en zorgen terecht kunt. Het is een uitgebreid proces, met verschillende momenten om mee te denken.  Op deze projectwebsite kondigen we de bijeenkomsten aan. Houd ook de website van uw gemeente in de gaten.

We zijn bereikbaar op werkdagen op het telefoonnummer 0800 – 83 66 388 of per e-mail via 380kVNoord-Holland-Noord@tennet.eu. Namens TenneT zijn Mike Lucacevich en Sikke Jansma de omgevingsmanagers van deze netuitbreiding.

In 2025 neemt de minister voor Klimaat en Energie een besluit over het nieuwe stroomnet, de plek waar de nieuwe hoogspanningsverbinding komt en de locatie van de twee hoogspanningsstations. Voor die tijd onderzoekt de overheid welke locaties geschikt zijn. Deze mogelijke locaties worden na de zomer van 2024 gepubliceerd. Daarna komt een officiële inspraakperiode. Na de inspraak besluit de overheid waar de stations en verbindingen kunnen komen. Voor die plekken komt er een milieueffect-onderzoek. Op basis van dat onderzoek en het advies van gemeenten en provincie neemt de minister dan uiteindelijk een besluit.

Ook op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) vindt u informatie over dit project.

Downloads

Contact

Monique Prins (Servicecentrum)

Algemeen Contact

TenneT Nederland

Bereikbaar van maandag tot vrijdag tussen 08:30 en 17:00.

+31 26 373 11 11 voor buitenland